top of page

12. Therapie debuut

Donderdag 20 augustus 2009,

de dag waarop ik zou debuteren als 'de nieuwe Blauwe' in mijn therapiegroep.

Julia, een invalkracht die eigenlijk op één van de andere afdelingen van de instelling werkte, zat bij ons aan tafel bij het ontbijt. Dit was zo omdat een sociotherapeut uit leefgroep 1 een aantal maanden geleden was weggegaan bij de KP en er ook nog rekening gehouden moest worden met een aantal vakanties van socio's.

Kenmerkend aan Julia was dat ze nog vrij jong oogde (wel wat ouder dan Valerie), een grote bos donkerblonde krullen had en hippe felgekleurde sneakers droeg.

Zoals gewoonlijk was het redelijk stil aan de ontbijttafel.

"Zouden jullie me een beetje willen helpen vandaag? Ik werk normaal natuurlijk bij de Opname en dan gaat het er heel anders aan toe. Jullie hoeven hier bijvoorbeeld niet persé met mes en vork te eten toch? Of zijn jullie nu glashard regels aan het breken zonder dat ik het doorheb?"

Ze had de slaperige hoofden aan tafel hiermee grotendeels voor zich gewonnen. We bevestigden dat op de KP niet dezelfde (strenge) regels gehanteerd werden zoals op afdelingen als de Observatie of de Opname.

Ze stelde nog een aantal vragen om ons wat beter te leren kennen, waarna het al snel tijd was voor weer een evaluatie. Josje had pas geleden haar evaluatie in de leefgroep gehad, dus was het nu haar beurt voor een evaluatie in de 'grote groep'.

Wat Josje zoal vertelde was al een stuk uitgebreider dan toen in de leefgroep. Ik begreep dat dit kwam doordat de evaluatieformulieren die ze in de leefgroep had besproken, daarna bij de PB (patiëntenbespreking) terecht kwamen. Intussen hadden de therapeuten een evaluatieverslag geschreven over hoe ze Josje die afgelopen periode hadden meegemaakt. De samenvattingen van die verslagen las Josje nu onder andere voor in de 'grote groep' evenals haar nieuwe behandelplan dat uit die PB was gekomen.

Ze zou zeer binnenkort naar de daggroep gaan. Een gek idee aangezien ik net gewend begon te raken aan de samenstelling van wat ik nu 'mijn leefgroep' mocht noemen.

Na de evaluatie in de grote groep en de grote uitloop van alle therapeuten richting het sociokantoor, bleef het tamelijk druk in de Meepo. De jongeren uit Rood en Wit maakten zich klaar om naar hun therapie te gaan. Blauw had dit blok op donderdag blijkbaar 'vrij', dus ik bleef als één van de weinigen achter in de Meepo.

Aan de overkant van de Meepo zag ik Colin zitten die mij blijkbaar ook had zien zitten, want hij liep nu mijn kant op.

"Hee."

"Hee."

"Heb je geen therapie?"

"Nee, ik zag op het rooster dat Blauw vanmiddag alleen therapie heeft."

"Oh oké."

Het viel stil. We leken ons allebei even ongemakkelijk te voelen bij ons gesprek.

"Hoe bevalt het je tot nu toe? Verveel je je niet te erg?", vroeg ik hem.

"Valt mee. Ik hou mezelf wel bezig", zei hij.

"Hebben we elkaar al eerder gezien?", vroeg hij nu na weer een korte stilte.

"Nee, denk het niet... hoezo?", vroeg ik nieuwsgierig.

"Nou, je komt me best wel bekend voor eigenlijk."

"Oh oké."

Tegelijkertijd besloten we dat we iets boven of in de leefgroep gingen doen. Ondanks dat het een vrij ongemakkelijk gesprek was vond ik het prettig dat Colin het initiatief nam om het gesprek te beginnen, aangezien ik dat zelf nog steeds niet had gedurfd. Hoewel dit Colins derde dag in zijn afstemming was, gebeurde het niet heel vaak dat jongeren al gelijk 'sociaal' zijn als ik Kay mocht geloven.

De rest van de ochtend liep ik met mijn iPod weer mijn zelfde route over het sportveldje achter de KP en bedacht me dat het mijn eigen stomme schuld was dat ik in Blauw zat met mijn zogenaamde 'happy-go-lucky-missie'. Als ik me niet steeds door al die situaties heen had gebluft die ik eigenlijk doodeng vond en gewoon mezelf was geweest, was ik misschien wel in Wit geplaatst. Of was ik nu juist mezelf geweest en ben ik gewoon Blauw zonder dat ik het zelf ooit door heb gehad?

Was er maar iemand die mij gewoon kon vertellen wie ikzelf in 's hemelsnaam was. Zou dat dan misschien tijdens mijn behandeling eindelijk eens gaan gebeuren?

In de koffiepauze waren Linde en Tom weer fanatiek aan het tafelvoetballen, neuriede Marijke vrolijk mee met de muziek dat aanstond, leek Jeanette een serieus gesprek met Janine te hebben, lagen Katja en Fabian dubbel van het lachen in een hoek van de leefgroep en was de muurcommissie - waaronder Sabrina - verfspullen aan het klaarzetten bij de inmiddels turquoise muur van de Meepo.

De rest van de jongeren waren óf buiten op het terras (aan het roken) of boven op hun kamer. Ik geloof dat Colin ook buiten zat als niet-roker tussen de rokers.

Creatieve therapiegroepsgenoten

Om 11:30 uur kwamen Lindsay en Kay van buiten door de leefgroep de Meepo ingelopen: "Loop je met ons mee naar Creatief?"

Ook Fabian en Katja die buiten bij de voordeur stonden liepen met ons mee over het plein richting het hoofdgebouw. Met mij erbij telde Blauw nu 5 leden wat erg weinig was voor een therapiegroep volgens Kay. "Ik ben blij dat jij er bij bent gekomen", zei hij. "Misschien ben je ook wel bij Blauw ingedeeld omdat wij met zo weinig zijn". Ik wist niet goed wat ik van die opmerking moest vinden. Het zou fijn zijn om ingedeeld te zijn in Blauw om de groep aan te vullen en niet persé omdat ik zelf zo Blauw ben, maar aan de andere kant was ik dan wel een soort 'opvulsel'. Ik was dan liever Wit opvulsel dan Blauw opvulsel, maar tot nog toe had ik dat gelukkig nog steeds voor me kunnen houden.

Als het goed was, wist niemand gelukkig nog hoe ik mij echt voelde over dat ik in Blauw geplaatst was...

Janine was al in het Creatief lokaal toen wij binnenkwamen. Deze ruimte was inderdaad een stuk groter dan de ruimte ernaast waar ik tijdens mijn afstemming in had mogen kliederen.

Er stonden twee grote tafels in de ruimte met halverwege tussen het tafelblad en de vloer een soort van houten plankjes bevestigd die je uit kon schuiven en dan fungeerden als zitplaatsen. Verder was links van de deuropening een aanrecht met gootsteen en verder stonden langs elke muur grote kasten met waarschijnlijk allerlei materialen.

Samen met mijn groepsgenoten nam ik plaats aan de tafel.

"Zo. Goedemorgen allemaal. Roos, welkom bij je allereerste therapie met Blauw. Je gaat van start met Creatief. Hoe kijk je daar tegenaan?"

Alle gezichten keken mij verwachtingsvol aan.

"Eerst mag je lekker je map gaan versieren!", zei Katja op kinderachtige toon.

"Ja en je moet wel je naam er groot opzetten anders vergeet je hoe je heet", nam Fabian het over op dezelfde toon.

"Sorry hoor Roosje, we zijn nu al melig", lachte Katja en ze bleek inderdaad samen met Fabian de slappe lach te hebben.

Ik lachte maar een beetje mee. Het was lastig iets grappig te vinden wanneer de zenuwen door mijn lijf gierden.

"Ik vind het vooral best wel spannend", zei ik dan ook.

"Wat vind je precies spannend?", vroeg Janine.

"Nou ik heb nog nooit groepstherapie gehad, dus ik denk dat het wel even moet wennen", biechtte ik op.

"Zie het maar gewoon als knutselen hoor", zei Kay ook grinnikend.

"Wat zijn jullie vrolijk zo op de vroege ochtend", constateerde Janine met de glimlach waarvan ik haar nog niet zonder had gezien. Op iets serieuzere toon vroeg ze: "Wat is er vandaag nodig? Wat gaat iedereen doen?"

"Ik ga kleien.", zei Katja resoluut.

"Je klinkt zeker van je zaak. Wil je er nog iets over kwijt waarom je wilt kleien vandaag?", vroeg Janine terwijl aan haar af te zien was dat ze het antwoord al wist.

"Neuh, gewoon zin in", antwoordde ze nog steeds vrolijk.

"Dat dacht ik al, prima. Wanneer je iets nodig hebt roep je me maar. En jij Lindsay?", vroeg ze nu aan Lindsay die schuin tegenover me aan tafel zat.

"Ik wil met Oost-Indische inkt", zei Lindsay ook glimlachend. Toch leek ze minder uitgelaten te zijn dan haar maatjes Katja en Fabian.

"Goed. Trek je wel een schort aan? Je hebt zo'n mooie witte blouse aan, zonde als die onder komt te zitten", zei Janine terwijl ze een stap in onze richting deed en op een wat zachtere toon tegen Lindsay zei: "Ook jij weet me te vinden als het nodig is, hè?"

Lindsay knikte, nog steeds met een glimlach op haar gezicht, maar zonder Janine aan te kijken.

"Ecoline!", riep Fabian voor Janine ook maar iets had kunnen vragen.

"Goh, verrassend", zei Janine sarcastisch doch vriendelijk en voegde daaraan toe: "Je weet waar het staat."

Nu richtte ze zich tot Kay: "En wat ga jij doen vandaag?"

Kay haalde zijn schouders op.

"Kan ik je helpen door met mee te denken zo meteen?"

Hij haalde weer zijn schouders op.

"Als ik Roos even op weg heb geholpen kom ik bij je zitten. Goed, de rest kan aan de slag als het goed is" en nadat Janine die laatste woorden had uitgesproken stond de groep, behalve Kay, op om de benodigde spullen te gaan verzamelen.

Nu richtte ze zich tot mij. "Roos, je groepsgenoten hebben het al verteld. Aan jou het verzoek om te beginnen met het eigen maken van jouw map. Ik pak zo direct uit de voorraadkast een groot stuk karton dat dubbelgevouwen wordt en dat wordt dan jouw map waar je al je 'platte' werk in mag bewaren dat je hier zult maken. Voor 3D-werkjes hebben we een krat voor je in de kast zodat ook die werken veilig bewaard zullen blijven. Is het zo een beetje duidelijk?"

Ik knikte. Katja en Fabian hadden het inderdaad al gezegd: map versieren, in ieder geval mijn naam erop. Ja, duidelijk.

Terwijl Janine even later in een hoek van het lokaal met Kay sprak die de hele ochtend al niet zo goed in zijn vel leek te zitten, had ik mezelf er inmiddels toe kunnen zetten me vrij genoeg te voelen om weer allerlei kasten open te trekken, op zoek naar verf dat hier op een andere plek stond dan in dat andere lokaal.

Eenmaal al het materiaal verzameld, begon ik uiteraard met het turquoise verven van mijn kartonnen map. Dat bleek nogal een dagtaak aangezien de 'karton-kleur' bleef overheersen. Ik werkte ijverig door aangezien ik niet wist of de map binnen deze CT af moest zijn.

"Wat een rotklus hè? Tenminste, je bent niet de enige jongere geweest die ervoor heeft gekozen de map te verven en er dan achter komt dat het nogal lastig blijkt de map een egale kleur te geven vanwege het karton. Het zal nog wel wat lagen nodig hebben voor je het niet meer ziet. Ik had je ervoor kunnen waarschuwen. Had je dat gewild?", vroeg Janine die na haar ronde langs al mijn groepsgenoten nu bij mij was aangekomen.

"Nee, ik vind het niet erg. Ik ben tenminste bezig", antwoordde ik en besefte me achteraf pas dat het nog een eerlijk antwoord was ook. Het was een verademing om nu doelgericht aan iets te werken na al het vervelen en wachten tijdens mijn afstemming.

"Oké, prima. Als je verder hulp nodig hebt, roep je me maar. Verder voor de hele groep: hou er rekening mee dat we over 5 minuten gaan opruimen."

Ik keek om me heen en zag dat mijn groepsgenoten flink gevorderd waren met hun werk. Fabian leek een soort ecoline-kunstfabriek: hij maakte de ene na de andere tekening, waardoor er nu een stuk of 4 prachtige tekeningen op tafel lagen te drogen.

Lindsay was stil aan het werk en leek evenveel verzonken in gedachten als in haar werk. Doordat ze met haar armen om de tekening gevouwen werkte, kon ik niet zien wat ze aan het maken was.

Katja en Fabian begonnen vrij uitgelaten aan hun werk, maar naarmate de tijd verstreek begonnen zij ook langzaam meer zich op hun bezigheid te concentreren.

Kay was uiteindelijk toch gaan tekenen, maar zat aan de andere kant van het lokaal voor mij te ver weg om te kunnen zien wat en waarmee.

Ook Katja was waarschijnlijk strategisch gaan zitten zodat het moeilijk te zien was wat zij dan aan het kleien was.

Ongeveer 10 minuten later, zaten we weer op dezelfde plekken aan tafel als waar we aan waren begonnen. "Goed. Wie wil iets zeggen over zijn/haar werk of wie wil iets aan iemand vragen?", vroeg Janine.

Er viel een stilte waarbij iedereen naar zijn of haar werk keek. Katja staarde naar haar tafel omdat ze haar werk al in haar krat had opgeborgen.

"Katja, kun jij iets zeggen over de reden dat jij je werk al hebt opgeruimd?"

"Nee niet echt", antwoordde ze en keek van Janine naar de klok om vervolgens uit het raam te kijken. Haar lichaamstaal benadrukte haar antwoord.

Janine zei dan ook: "Goed. Het lijkt me wel belangrijk dat als de creatief van vandaag het één en ander bij je heeft losgemaakt dat je het in gesprek houdt op andere momenten. Kunnen we dat zo afspreken?"

Katja zuchtte. En zei: "Ja, best...", terwijl ze met haar ogen rolde.

"Fabian, heb jij werk dat je wilt laten zien? Je bent druk bezig geweest vandaag zo te zien. Kun je er iets over vertellen?", vroeg Janine terwijl ze vanaf haar plek aan de andere kant van de tafel Fabians werk bestudeerde.

"Ehm, ja goed. Ik had dus zin om met ecoline te werken en heb deze tekeningen gemaakt. Dat was het eigenlijk wel", zei Fabian glimlachend.

"Dat was het?", vroeg Janine terwijl zij en Lindsay beiden een wenkbrauw optrokken.

"Faab, het zijn nou niet bepaald vrolijke tekeningen. Ik vind ze gruwelijk mooi, maar los daarvan ook gewoon gruwelijk...", zei Lindsay en langzaam werd de glimlach op Fabians gezicht kleiner.

"Ja dus, het leven is toch ook niet alleen maar rainbows and unicorns. Soms, of eigenlijk meestal is het gewoon, nou ja als dit dus", herpakte Fabian zich en wees naar zijn tekeningen terwijl zijn glimlach terugkeerde.

"En wat heb jij gemaakt Linzepins?", vroeg Fabian haar met een grijns.

Ze wierp hem een quasi boze blik en antwoordde: "een tekening."

"Kunnen we nog een uitgebreider antwoord verwachten?", vroeg Janine vriendelijk.

Ze schudde haar hoofd en keek Janine even aan. Het zag er naar uit dat ze tijdens het werken al wat hebben besproken en leek nu toch te twijfelen.

Uiteindelijk liet ze toch haar tekening zien en na een aantal vragen van groepsgenoten en van Janine werd het ons wat duidelijker wat het voor moest stellen en waarom ze het had getekend.

Ik vond het knap dat ze haar gevoel zo in haar tekening had kunnen stoppen. Het zag er erg mooi uit, maar Lindsay bleef haar eigen werk afkraken.

Ik was best verrast door de creatieve en originele kunstwerken van mijn therapiegroep. Vooral Kay bleek normaal gesproken 'grootste projecten' te maken bij creatief.

Dit keer wilde ook Kay niets kwijt over wat hij uiteindelijk gemaakt had, dus werden alle blikken op mij gericht.

"En hoe is het jou vergaan Roos? Flink geworsteld met de verf?"

"Het was inderdaad wel lastig om de achtergrond kleur egaal te krijgen, maar ik vind het niet erg om te doen. Ik mag hem de volgende keer nog afmaken, toch?", vroeg ik onzeker.

Verscheidene hoofden knikten.

"Het wordt wel mooi!", zei Lindsay en Katja, Kay en Fabian knikten.

"Ehm, bedankt...", zei ik zacht.

Stormachtig, met kans op anijshagel

Eenmaal terug in de kliniek liep ik even naar onze kamer om nog even het therapierooster te bekijken. In de leefgroep hing er ook één, maar ik had eigenlijk ook wel behoefte aan even alleen zijn. Het was erg dubbel. In mijn afstemmingsweek verveelde ik me wel veel, maar nu ik mocht meedraaien met de groep waren er wel erg veel mensen om me heen de hele dag door. Daar moest ik toch wel erg aan wennen als iemand die voornamelijk als enigskind opgroeide en vaak alleen thuis was.

Helaas was het al snel tijd voor de lunch, dus sleepte ik mezelf weer van mijn bed in de richting van de leefgroep. Vanaf de trap hoorde ik vanuit de leefgroep al luide stemmen komen.

Ik had sterk de neiging om rechtsomkeert te maken, waarop mijn geweten bij voorbaat al begon te knagen. Het was toch echt tijd voor de lunch en te laat komen is not done.

Maar het was ook duidelijk dat er iemand boos was en zodra er conflict is, zorgt Roos dat ze daarvan ver uit de buurt blijft en dan ook vooral van de persoon die ook maar enige vorm van agressie vertoont. Het zweet brak me uit.

Met klamme handen pakte ik de deurklink vast en net op het moment dat ik de deur opende en in de deuropening stond, vloog er iets door de leefgroep dat hoog tegen de muur boven de bank uiteenspatte.

Het hagelde anijs.

Onder gehageld met anijshagel, stond de hevig ademende Kay, met om hem heen een aantal leefgroepsgenoten die veilig op afstand stonden. Ik dacht even dat ze net zo bang waren als ik, maar zag al snel dat Linde en Britt poogden om Kay te kalmeren. De anderen stonden in de tuin te roken alsof er niets aan de hand was.

"Kay, wat is er? Kom even zitten."

"Gaat het Kay? Doe even rustig!"

Maar Kay bleef staan en stond nog steeds met een snelle ademhaling naar de muur staren.

Achter me hoorde ik voetstappen.

"Hai! Jij moet Roos zijn. Je hebt mij nog niet ontmoet, ik ben Nikki", zei een jonge blonde vrouw en stak haar hand uit. Verward gaf ik haar onbewust een nogal slap handje.

"Gaat het wel?", vroeg ze bezorgd en keek toen pas over mij heen de leefgroep in. Ik deed een stap opzij zodat ze er door kon.

"Jeetje, wat is hier gebeurd? Confetti om mijn terugkomst van vakantie te vieren?", vroeg socio Nikki terwijl ze Kay benaderde.

"Wat is het eigenlijk?" Ze pakte een korreltje op dat naast haar op tafel lag en bestudeerde het even. "Ah, anijshagel. Goede keuze. Dat eet toch bijna niemand in de groep en daarbij had ik me deze lunch ook erg verheugd op een beschuitje met hagelslag."

Ik was even bang dat Kay boos zou worden om haar grappen, maar ze zei het op een erg vriendelijke toon en ik leek toch echt Kay zijn mondhoeken lichtjes omhoog te zien krullen.

"Kay, volgens mij was - of ben jij nog steeds boos, klopt dat?"

Hij knikte. Zijn ademhaling leek rustiger te worden.

"Het is nu lunchtijd zoals je weet. Denk je dat het je gaat lukken om aan tafel te gaan zitten en met ons mee te eten? Of wil je liever nog even in de Meepo zitten totdat je wat rustiger bent geworden en dat je dan komt eten?", vroeg Nikki.

Hij leek even na te denken en zei toen: "Nog even in de Meepo..."

"Goed. Dan zien we je zo weer Kay. Gaan wij vast aan tafel."

Even later, toen iedereen behalve Kay aan hun boterhammen waren begonnen en geanimeerd met elkaar praatten, richtte Nikki zich vanaf de andere kant van de tafel tot mij: "En hoe gaat het met jou Roos? Ben je er van geschrokken?"

Alle andere hoofden richtten zich ook tot mij in afwachting van mijn reactie.

Ik aarzelde even omdat al mijn groepsgenoten zo koel waren gebleven onder de situatie, maar knikte uiteindelijk. Vanaf mijn plek aan tafel had ik een goed overzicht van de anijshagel-chaos achter Nikki. Naast haar op tafel stond de plastic pot met een flinke scheur waar overigens nog wel een klein laagje anijshagel in zat.

"Dat zag ik al een beetje aan je en ik kan het me best voorstellen hoor. Je ziet het niet elke dag anijs hagelen natuurlijk." Ze gaf me een knipoog.

"Nou ja, hier dus wel zo nu en dan", zei een grijnzende Katja naast me.

"Het is in ieder geval beter dan die keer dat er een fruitschaal met inhoud door de lucht vloog", zei Josje.

"Of die keer dat de afstandsbediening een crash-test tegen de muur onderging", vulde Martijn aan.

De groep begon geanimeerd hun herinneringen van vliegende voorwerpen met elkaar op te halen en moesten lachen om sommige anekdotes.

Blijkbaar gebeurde dit soort dingen wel vaker bij de KP. Zou dat de reden zijn dat het niet zo'n indruk maakte op de andere jongeren?

Bij mij had het nog steeds het effect dat er flink wat hagelslag van mijn brood af trilde bij elke hap die ik wilde nemen. Ik wist waardoor het kwam dat ik er zo angstig van werd; ik was voor zover ik me kan herinneren al bang geweest voor mensen die boos zijn, maar desondanks vond ik het frustrerend dat ik als enige zo angstig was geworden.

Aansteller.

Nadat een gekalmeerde Kay nog met ons mee had geluncht en de groep zich na het afruimen (ik mocht eindelijk meehelpen!) verspreidde in en rondom het gebouw, kwam Nikki nog even naar me toe.

"Nou dat was een beetje een vreemde ontmoeting net. Maar goed, ik ben dus Nikki en naast Max, Simon, Valerie en Otto ben ik ook socio op leefgroep 2. We hebben elkaar nog niet ontmoet omdat ik aantal weken met vakantie was, maar zullen elkaar vast snel leren kennen op de groep.

Ben je weer een beetje bijgekomen?", vroeg ze vriendelijk.

"Jawel, het gaat wel hoor", zei ik naar waarheid.

De schrik zat er even goed in, maar was er inmiddels weer uit gegaan. Het hielp om te zien dat Kay er rustiger uit zag, inmiddels weer praatte met de mensen om hem heen en nu op z'n gemak tv keek in de leefgroep.

"Mooi zo. Hee ik had eigenlijk ook nog iets voor je." Ze pakte een A4tje dat omgekeerd op tafel lag met daarop haar sleutels en pieper. Ze gaf het aan me.

"Dit is een voorbeeld van een spanningsthermometer. Ik heb begrepen dat je voor het onderdeel sociotherapie zo'n thermometer moet, of nou ja, mag maken volgens je behandelplan en Max vroeg mij jou deze vast te geven zodat je er vast naar kunt kijken en hij je dan vanavond verdere uitleg kan geven. Alsjeblieft."

Ik pakte het vel aan. "Bedankt".

"Trouwens, de muurcommissie gaat ongeveer over een halfuurtje echt aan de slag met de muurschildering. Jij mag vast ook een stukje beschilderen. Het is in ieder geval onderdeel van het zomerprogramma. Kijk maar of je dat leuk lijkt", zei ze vriendelijk.

Ik knikte.

Ze draaide zich om.

"Kay, loop je even met me mee naar het zitje? Even bespreken wat er net is gebeurd."

Kay stond op en sjokte langzaam achter haar aan de leefgroep uit.

Mijn puzzelstukje

Op mijn afstemmingsrooster stond steeds dat het zomerprogramma verplicht was en ik nam aan dat het nog steeds verplicht was, ook nu ik niet meer in mijn afstemming zat, dus nam ik een kijkje bij de muurcommissie in de Meepo.

Sabrina en Monique uit de daggroep stonden bij de turquoise muur geanimeerd te praten, toen Sabrina mij twijfelend bij de deur van de leefgroep zag staan.

"Hee Roos! Schilder je ook mee?"

"Eh.."

"Mag wel hoor! Je mag je eigen puzzelstukje ontwerpen. Kijk!" Ze wees naar de muur waar ik nu met potlood inderdaad een aantal omtrekken van puzzelstukjes zag.

"Wij mochten de muur ontwerpen als muurcommissie en uiteindelijk is er gestemd om een thema te doen met puzzelstukjes. Sommige puzzelstukjes passen expres niet in elkaar want dat vonden we wel wat symbolisch hebben. Heb je trouwens Hyves en mag ik je toevoegen?", zei ze snel achter elkaar.

"Ja… is goed”, zei ik nogal overrompeld.

"Cool, dank je! Daar staat verf en daar de paletten, maar je mag ook eerst op de computer een plaatje zoeken als je nog inspiratie op wilt doen."

Was Sabrina echt wit? Ze was in ieder geval erg spontaan en aardig en liet mij als nieuwe me ook erg welkom voelen. Ik was er nog niet eens een week en ik mocht nu al iets persoonlijks achterlaten voor de gezamenlijke ruimte van de KP. Zouden de andere KP’ers het daar wel mee eens zijn?

Desondanks kroop ik achter één van de PC's om een mooi plaatje te zoeken. Zonder na te denken typte ik mijn voornaam in bij Google afbeeldingen en kreeg vanzelfsprekend allemaal plaatjes van rozen te zien. Daar zat ook een schilderij van een roos tussen dat ik toch wel erg mooi vond.

Een roos kan ook symbolisch zijn, bedacht ik. Je zou kunnen bedenken dat de behandeling ons als adolescenten gaat helpen om tot bloei te kunnen komen... en al snel liet ik me – zoals ik wel vaker deed - meeslepen in een nieuwe creatieve bezigheid. Schilderen. Het proberen waard.

"Wat mooi!", riep Sabrina vanachter de PC naast mij. Ze keek naar de roos op mijn monitor. Ik zag dat ze mijn Hyves pagina open had staan.

"Die wil ik denk ik gaan schilderen", vertelde ik met de symboliek die ik erbij had bedacht.

"Klinkt goed. Ik zeg doen. Print hem anders uit, dan kun je het gaan natekenen op de muur. Het is dan wel zwart-wit, maar dan heb je tenminste de vorm bij de hand. Hee! Zing jij? Wat leuk!”

“Niet afspelen hoor!”, riep ik verschrikt toen Sabrina bijna één van de Youtube filmpjes op mijn Hyves-pagina af wilde spelen. Gelukkig zei ze dat ze het dan wel thuis zou luisteren.

Stom genoeg durfde ik wel makkelijk filmpjes te uploaden waarin ik zong en acteerde, maar wanneer mensen ze ook daadwerkelijk wilden kijken, vooral met mij erbij vond ik dat ik dat vreselijk. Peel that onion Dr. Freud! Of Peter, of Anouk of elke andere KP-therapeut...

In ieder geval nam ik de tip van Sabrina aan en had niet veel later in kleermakerszit de omtrek van een roos in één van de onderste puzzelstukjes getekend. Naast mij was ook Kay druk aan het schetsen op de muur en een puzzelstukje hoger was Linde al begonnen met het inkleuren van de achtergrond van haar puzzelstukje. Later kwamen ook Martijn en Tony aan weerskanten van mij staan om wat te ontwerpen.

Toen ik aan het einde van de middag van op een afstand naar mijn werk stond te kijken, was er al een puzzelstukje te zien in een net andere tint turquoise dan de muur, met daarin de omtrek van een nu nog met potlood geschetste roos.

Pas op dat moment schoot het me te binnen: zouden mensen mij nu narcistisch vinden? Ik voelde lichte paniek. Deze hele middag lang had ik een bloem zitten schetsen dat mijn eigen naam uitbeeldt… Een narcis schilderen was toepasselijker geweest, dacht ik verbitterd.

“Mooie roos, Roos!”, zei Kay vrolijk. Het lukte om mezelf een glimlach af te dwingen.

De leefgroepdeur ging open.

“Hee Roos, ga je zo mee boodschappen doen?”, vroeg Josje vanuit de deuropening.

“O shit! Ik zou koken!”, riep ik verschrikt.

“Klopt, Linde is al geld halen bij Martijn. Die gaat over de kookpot.”

“De kookpot?”

“Ja, steeds één iemand in de leefgroep is verantwoordelijk voor het boodschappengeld van de hele week. Martijn heeft dus maandagochtend het geld opgehaald bij José. We krijgen geld mee voor 3 euro per persoon in de leefgroep, dus we zijn nu bijvoorbeeld inclusief een socio met z’n 9-en, dus dan hebben we vanavond voor 27 euro te besteden aan boodschappen", legde Josje uit.

“Het lijkt veel om te koken voor 9 personen aan het begin, maar je went er snel aan. Kook trouwens maar voor 10, ik heb best trek.”, zei Kay plagend.

Hij leek nu gelukkig weer de vrolijke, grappenmakende Kay te zijn die ik had leren kennen.

Even later zaten Josje en ik op de fiets onderweg naar de supermarkt. Volgens Josje was er ook één dichterbij, maar die had minder producten en was ook nog eens duurder.

Het was gek om – dit keer met mijn eigen fiets – door een voor mij nog vreemde omgeving te fietsen aangezien ik voor de KP nog niet eerder in deze stad was geweest.

Na ongeveer 10 minuten fietsen en kletsen over koetjes en kalfjes, stapten we af bij een klein winkelcentrum met daarin een redelijk grote supermarkt.

“Al enig idee wat we zullen we maken?”, vroeg Josje mij.

“Niet echt, sorry.”

“Ik ook niet… We moeten sowieso wel even kijken naar wat we deze week nog moeten eten. Pasta hebben we al gehad, rijst ook, gebakken krieltjes… dan blijven er gekookte aardappels en groente over.”, kwam ze tot de conclusie. “Mag jij de groente kiezen”.

“Doperwten en worteltjes?” opperde ik.

“Ik zeg doen”, antwoordde Josje.

Uiteindelijk stonden we bij de kassa met 2 zakken voorgegaarde aardappels, een paar blikken doperwtjes met worteltjes, een paar pakken kipfilet, zakjes jus, 2 flessen frisdrank en 2 pakken vruchtensap. We hadden nog geld over, dus stelde Josje voor om ook nog een paar zakken chips mee te nemen voor ’s avonds na de dagafronding bij de TV.

Bij de kassa kwamen we erachter dat we vergeten waren plastic tassen mee te nemen. “Tsja, dat wordt 20 cent uit eigen zak betalen. Nieuwe regel, anders gaat het geld steeds van het kookgeld af”, legde Josje uit.

“Oh, ik heb anders nog wel 20 cent hoor” en terwijl Josje uit de rode nylon leefgroep-portemonnee betaalde, legde ik 40 cent bij uit mijn eigen portemonnee.

Ik voelde me erg nerveus; stom genoeg was ik erg bang dat de caissière door zou hebben voor wie, en vooral waar deze grote hoeveelheid eten voor bestemd was. Het zou ook net zo goed voor een studentenhuis kunnen zijn, probeerde ik mezelf te tevergeefs te overtuigen...

Rond 17:00 uur stonden we in de keuken voor het elektrische fornuis met al twee pannen aardappelen op twee van de 5 kookpitten. Ik offerde mezelf op om de minst favoriete taak van het kipfilet snijden op me te nemen om ze vervolgens te bestrooien met zout en peper. Waar we vervolgens achter kwamen, is dat onze olijfolie op was. Net toen we die ontdekking deden, kwam Max binnen. “Goedemiddag. Het ruikt al goed, dames.” “Max! Je komt net op tijd, de olijfolie is op!”, riep Josje. “Ja hallo, ik ben er net, word ik gelijk al aan het werk gezet”, verzuchte Max. “Daar word je toch voor betaald?”, grijnsde Josje. “Olijfolie koerier spelen staat niet in mijn functieomschrijving mevrouw Josje. Maar voor deze ene keer dan, want je aardappels koken bijna over”, zei hij terwijl hij de leefgroep weer uit liep. “Fuck!”, riep Josje en draaide zich snel terug naar het fornuis waar inderdaad het water onder het deksel door sijpelde. Zittend aan de keukentafel met het kipfilet, kwamen achter mij Martijn en Jim grinnikend vanuit de tuin de leefgroep binnen. “Waar zullen we het doen?”, vroeg Martijn en ze keken beiden de leefgroep rond alsof ze wat van stiekems plan waren. “Koelkast”, zei Jim. Net toen Martijn bij de koelkast wilde hurken, kwam Max binnen met een fles olijfolie. Snel leunden ze allebei nonchalant tegen de tafel aan waar het 'creatieve eiland' van therapiegroep Rood op stond. “Je moet het zo wel terugbrengen Josje of Roos, want leefgroep 1 is ook aan ’t koken. Alles goed verder hier?”, vroeg Max vervolgens aan alle aanwezigen in de leefgroep. Er werd geknikt. “Mooi, dan zie ik jullie straks bij het eten.” En het moment dat hij de leefgroep weer uit liep, zat Martijn al met Jim bij de koelkast. “Wat zijn jullie allemaal aan het doen?”, vroeg Josje. “De koelkast versieren”, grinnikte Martijn. “Ja, we vervelen ons een beetje en Martijn vond dit stickervel”, zei Jim ook met een grijns op zijn gezicht.

Ik merkte dat ik het steeds leuker en grappiger vond om toeschouwer te zijn van dit soort leefgroep-situaties en dat ik me al iets minder angstig ging voelen. Het koken met Josje vond ik ook erg gezellig, hoewel ik het erg lastig vond dat ik nog niet wist waar ik alles kon vinden en haar daar steeds mee moest lastigvallen.

Even later nadat het kipfilet in twee koekenpannen was gebakken en de pan met groente ook was opgewarmd, vroegen Josje en ik de andere leefgroepers iedereen bij elkaar te roepen dat het eten bijna klaar was. Snel warmde ik nog even de jus op. De corveeërs hadden de tafel al gedekt, dus nadat Josje ook socio Max geroepen had en iedereen aan tafel zat, konden we iets voor 6 uur beginnen met eten. Mooi op tijd, dus de dagafronding van half 7 kon doorgaan.

Vol verwachting keek ik toe hoe iedereen hun portie opschepte en de eerste hap namen. Het waren gewoon simpel aardappelen met groente en vlees. Niet bijzonder, dus ook niet bijzonder lekker. Toch voelde ik me nerveus. Ik was met Josje wel verantwoordelijk voor het avondeten van deze 9 mensen. Stel nou dat ze het niet lekker vonden? Dan was ik daar de veroorzaker van. Misschien zouden ze wel ziek worden of zoiets! “Smaakt goed”, zei Britt alsof ze mijn gedachten kon lezen. Maar misschien waren mijn gedachten ook wel van mijn gezicht af te lezen… “Uhu”, zei ook Katja. “Ja smaakt prima meiden”, bevestigde Max. De overige leefgroepleden knikten allemaal. Ik wist nog niet dat bijna alle leefgroepers het spannend vonden om te koken en dat het in de groep automatisch een soort gewoonte/etiquette was geworden om altijd even een compliment te geven aan de kokers. (Behalve dan als het gehakt van de lasagne roze is.) Enigszins gerustgesteld begon ik zelf nu ook aan de Hollandse pot.

Om 10 voor half 7 begonnen we met afruimen. Ik begon al aan de routine te wennen en liep achter Max aan met de pakken vla die we zo net als toetje hadden gegeten, maar Max stond stil vlak voor de koelkast. “Ik zeg doen?”, las hij vragend op. Ik voelde dat ik moest lachen, maar kon het inslikken. Max ging er gelukkig niet verder op in, maar liep mompelend weg. “Ik zeg doen… juist.” Martijn en Jim zaten al grijnzend op de bank. “Waar staat dat voor dat ‘ik zeg doen?’ Ik hoor het bijna iedereen steeds zeggen”, vroeg ik hen toen ik mijn nieuwsgierigheid niet meer kon bedwingen. “Geen idee meer hoe het is begonnen, volgens mij door die vage reclame, maar vind het wel een leuke zin om erin te houden", zei Martijn. “Oh oké”, zei ik. “Nou, ik zeg doen.” En kreeg vervolgens een high five van Jim.

Spanningsthermometer Na de dagafronding zat ik weer aan de keukentafel. Nu zat Max schuin naast me met waarschijnlijk dezelfde A4tjes die Nikki vanmiddag bij haar had. “Zo. Daar zitten we dan”, zei Max. “Hoe gaat het met je? Ik heb eigenlijk tijdens de dagafronding niet terug gehoord van je hoe je eerste therapiedag was.” “Moest dat dan?”, vroeg ik voorzichtig. “Nou moeten, moeten… Ik bedoel meer dat ik wel nieuwsgierig ben hoe je het hebt beleefd en ik denk de groep ook.” “Ik vond het wel spannend, maar het was ook vooral fijn om weer met iets bezig te zijn”. “Ja, je verveelde je nogal tijdens je afstemming zei je, he? Leuk ook dat je vanmiddag mee hebt meegewerkt aan de muurschildering. Stoer van je. Ben benieuwd wat het wordt. Over spanning gesproken… Als het goed is heeft Nikki verteld dat we daarmee vanavond aan de slag gaan en heeft ze je vast een voorbeeld meegegeven, klopt dat?” Ik knikte. “Goed. Had je al eens gehoord van een spanningsthermometer?” Ik schudde van nee. “Oké, nou zoals ik tijdens je afstemmingsgesprek al even kort vertelde, is zo’n thermometer bedoeld om meer zicht en grip te krijgen op de spanning die je voelt. Als je het voorbeeld er even bij pakt...” Ik gaf hem het stencil dat ik van Nikki kreeg. “Kijk: zoals je ziet zijn er vakjes van 10 t/m 100 met daarachter een rij waar ‘kenmerken’ boven staat en een rij waar ‘actie’ boven staat. Nu is het de bedoeling dat jij gaat invullen hoe jij je voelt en hoe jij dan doet, wat de kenmerken zijn bij de spanning die je voelt. Bij 10 voel je nauwelijks tot geen spanning en bij 100 sta je bij wijze van spreken op ontploffen, dan is je spanning eigenlijk al te hoog opgelopen. Daarna is het de bedoeling dat je gaat kijken naar wat je kunt doen bij elke ‘spanningsgraad’, maar laten we eerst beginnen met hoe spanning er bij jou uit ziet. Snap je het een beetje? En gaat het wel? Ik vind je erg stil. Stiller dan normaal bedoel ik”, zei Max en keek een beetje bezorgd. “Jawel. Ik vind het alleen best wel moeilijk om in te vullen”, zei ik zacht. “Ja? Waar zit je spanning op dit moment eigenlijk? Als je het een cijfer moest geven van 10 tot en met 100, waar zit je spanning dan nu?”, vroeg hij. Het duurde even voor ik antwoord gaf, want ook die vraag vond ik moeilijk te beantwoorden. “Ik denk 70”, zei ik uiteindelijk. “Dat is al vrij hoog”, zei Max. “Heb je ook enig idee hoe dat komt?” “Ik denk omdat ik liever niet stil sta bij hoe ik me voel als ik me heel slecht voel.” “Als je moet nadenken over wat je kenmerken zijn als je spanning heel hoog is, bedoel je?” Ik knikte. “Dat snap ik wel”, zei Max tenslotte bedenkelijk, “Maar toch vind ik het wel belangrijk dat je de thermometer uiteindelijk invult. We vinden het als staf belangrijk om zicht te kunnen houden op hoe hoog de spanning bij jou zit, omdat we het moeilijk aan jou kunnen aflezen. We vinden het ook belangrijk dat je gaat leren wat jij zelf en anderen voor je kunnen betekenen bij spanning, zodat je op een gegeven moment kunt gaan voorkomen dat het te hoog oploopt. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, dat snap ik ook, vooral zo aan het begin van je behandeling… Ik wil je dan ook aanraden om hulp in te schakelen van je groep bij het invullen van je thermometer aangezien je het moeilijk vind hiermee bezig te zijn. Zul je dat doen?” Ik dacht even na. Iets te lang. “Kijk maar, Roos”, zei Max uiteindelijk terwijl hij opstond. Je mag er in ieder geval de tijd voor nemen. Als je nog vragen hebt kun je altijd naar me toekomen, maar je kunt het beter aan je groepsgenoten vragen. Bovendien hebben sommigen het zelf ook moeten maken aan het begin van hun behandeling.”

Ik keek even op naar Katja, Britt, Kay, Jim en Martijn die in de leefgroep TV zaten te kijken met twee grote schalen chips op de tafel. “Is goed”, zei ik tenslotte en begon vervolgens in m’n eentje aan de spanningsthermometer die er na een paar dagen ploeteren zo uit zo komen te zien:

Spanning

Kenmerken

Actie

100

Veel gedachten aan de dood, kan niet meer helder denken, gevoel alsof hoofd gaat ontploffen.

Aangeven dat het niet goed gaat.

90

Veel nare gedachten, zelf-haat, huilbuien, duizelig

Afleiding zoeken

80

Veel piekeren, slecht slapen, beetje afwezig of juist hyper/overdreven vrolijk en lacherig

Afleiding zoeken, leuke dingen doen

70

Veel piekeren, neerslachtig, vermoeid

Afleiding zoeken, genoeg rust nemen

60

Niet lekker in mijn vel zitten, chagrijnig

Wandelen, muziek luisteren

50

Last van maag, gespannen, verder wel oké

In de gaten houden, genoeg leuke dingen blijven doen

40

Gespannen, maar niet erg hinderlijk

In de gaten houden, genoeg leuke dingen blijven doen

30

Beetje nerveus

Ontspanning zoeken, leuke dingen doen

20

Voel me wel oké

Gewoon zoals altijd.

10

‘Normaal’, ontspannen, voel me op m’n gemak en kan goed slapen.

Niets, gewoon doen wat ik altijd doe.

Die avond kon ik nauwelijks in slaap komen.

Blijkbaar toch erg spannend, zo'n spanningsthermometer...

Volg mij
  • Facebook Clean
  • Twitter Clean
Hoofdstukken overzicht
bottom of page